Search
Close this search box.

‘Iedereen wilde van het museum een succes maken’

– INTERVIEW –

In 2014 opende het Nationaal Militair Museum (NMM) in Soesterberg haar deuren voor het publiek. In de periode die daaraan vooraf ging, maakte bouwbedrijf Heijmans het ontwerp, zorgde voor financiering en realiseerde de bouw. Tot 2039 blijft Heijmans verantwoordelijk voor het onderhoud en een gedeelte van de operatie. Daarvoor moest het bedrijf intensief samenwerken met de Rijksgebouwendienst, het ministerie van Defensie en een groot aantal externe partners zoals architecten, adviseurs en operationele partners. Een complexe samenwerking dus. Een uitdaging. We spraken Ton Fleuren, directeur Commercie en Business Development bij Heijmans.

Eigen taal
“Dit soort samenwerkingen zijn niet eenvoudig”, stelt Fleuren met gevoel voor understatement. “Ook al hadden we vaker met dit bijltje gehakt, dit was een een uitdaging: het ontwerp moest aan wel 6000 eisen voldoen en elke partij had daarin zijn eigen belangen. Daarnaast sprak elke partner toch een eigen taal.” Er waren geregeld conflicten en problemen. Toch is het gelukt in een zeer korte periode een uniek publieksmuseum neer te zetten. Wat was volgens Fleuren de succesfactor?

‘Het is de uitdaging om met elkaar een ambitie te formuleren die inspireert en verbindt.’

Gezamenlijke ambitie
Hij leunt even achterover en veert dan op. “Met elkaar wilden we ons inzetten voor het gezamenlijke doel. En dat was nogal wat!” Wat dan? Fleuren: “Een belevings- en verhalenmuseum dat een belangrijke rol inneemt
in Nederland en dat bijzondere, museale stukken in de collectie heeft. Maar ook een plek waar militairen hun overleden collega’s kunnen herdenken en waar bezoekers inzicht krijgen in de militaire geschiedenis van Nederland. Dat is buitengewoon. Die gezamenlijke ambitie sprak enorm tot de verbeelding. Daar wilden alle partijen zich met hart en ziel voor inzetten.”

Water bij de wijn
Het belang van het unieke ontwerp, de historische plek en de rol van het museum is dus voor alle betrokkenen een gezamenlijk punt op de horizon geweest. Daar moest de samenwerking naartoe. “Iedereen wilde de bouw tot een succes maken”, aldus Fleuren. “Daarom waren alle partijen bereid om bij problemen net dat beetje extra water bij de wijn te doen. En dan kun je samen een volgende stap zetten.”

Daadkracht en synergie
Fleuren kijkt dus terug op een geslaagd traject. Verbinding, daadkracht, synergie en betrokkenheid: het was er allemaal. Fleuren: “Hoewel niet elk project zo groot en omvangrijk is, is het voor samenwerkingspartners altijd de uitdaging om met elkaar een ambitie te formuleren die inspireert en verbindt.” Het museum is nu ruim anderhalf jaar open en vanwege het gebrek aan ervaring — er bestaat in Europa geen vergelijkbare situatie — leert men nog elke dag. Dit betekent ook dat belangen soms veranderen en nieuwe inzichten leiden tot contractaanpassingen. De ambitie van het museum blijft wel fier overeind. Een succes van alle betrokkenen. Het resultaat? Fleuren: “In 2015 bezochten maar liefst 500.000 gasten het museum. Geweldig toch?”