Netwerkleider zorgt voor constructief samenspel
“We komen niet vooruit zonder een manager of leider die ons netwerk aanstuurt. Er moet toch iemand zijn die de projecten aanstuurt, zorgt dat er actie komt en gewerkt wordt aan concrete resultaten. Anders gebeurt er niets.” Deze uitspraak hoorde Nikki Willems onlangs. In deze blog geeft zij hierop een reactie. Want hoe zit het dan als je uitgaat van gedeelde verantwoordelijkheid en gezamenlijk eigenaarschap?
“We komen niet vooruit zonder een manager of leider die ons netwerk aanstuurt.”
Deze uitspraak werd onlangs gedaan tijdens een presentatie die ik gaf. Instemmend gemompel volgde. Ik voelde enige aarzeling en vroeg om toelichting.
“Er moet toch iemand zijn die de projecten aanstuurt, zorgt dat er actie komt en gewerkt wordt aan concrete resultaten. Anders gebeurt er niets.”
Ik vroeg hoe dit zich verhoudt tot gedeelde verantwoordelijkheid en gezamenlijk eigenaarschap.
“Ja, dat is zeker belangrijk”, zei degene, “maar lastig om echt voor elkaar te krijgen.”
“Dat klopt”, zei ik. “Misschien wordt het zelfs moeilijker wanneer er iemand wordt aangesteld om de resultaten te boeken.” En toen viel het stil.
Geen recht aan complexiteit
Dit is een herkenbaar vraagstuk. In samenwerkingen zonder vanzelfsprekende leider of eigenaar lijkt het logisch om iemand aan te wijzen die de boel aanstuurt. Zeker bij complexe opgaven, met uiteenlopende belangen en veel onzekerheden. Tegelijkertijd: als we één netwerkleider verantwoordelijk maken voor alle actie en resultaten, doen we geen recht aan de complexiteit van de opgaven waarvoor het allemaal bedoeld is.
Dit vraagstuk begint bij hoe je kijkt naar wat nodig is en waarvoor je een netwerk wilt gebruiken. Je kunt tastbare oplossingen willen genereren en implementeren, en verwacht dan actie. Je kunt ook inzicht in onderlinge afhankelijkheden willen krijgen en verwacht analyse en reflectie. Of je legt nadruk op relationele verbindingen, en verwacht ontmoeting en interactie. Vervolgens wil je dat voor elkaar krijgen, en dan ligt het voor de hand iemand aan te stellen die dat regelt.
De behoefte is begrijpelijk, maar niet altijd behulpzaam. Zeker niet als het gaat over maatschappelijke vraagstukken als bijvoorbeeld armoede, eenzaamheid of gezondheidsverschillen. Bij deze opgaven maken onderlinge afhankelijkheden, uiteenlopende belangen en gebrek aan inzicht het onmogelijk om ze eenduidig en als individuele organisatie te adresseren. Een netwerkconstruct biedt dan uitkomst, mits het lukt om samen te sturen.
Samen sturen
Daar zit de crux. Samen sturen betekent voor mij twee dingen. Als eerste wil je zowel actie, ontmoeting als reflectie organiseren. Om te handelen, te observeren wat gebeurt, bij te sturen, van elkaar te leren, visie te vormen en als groep anders te gaan acteren. Als tweede moeten betrokkenen (leden) zelf instappen. Om dit verder af te pellen moeten we terug naar de basis. Een netwerk is in essentie een systeem van onderling verbonden punten. Vanuit die verbinding ontstaat interactie en uitwisseling. Het vormt een infrastructuur voor samenwerking. Die heb je te gebruiken om ergens te komen. Flauw gezegd, je hebt weinig aan een fietsknooppunt als je er alleen naar kijkt. Als je erop gaat rijden, kom je dáár waar je wilt zijn.
Zo werkt het ook in een netwerk. Ieder lid is onderdeel – en eigenaar – van de potentie die het netwerk biedt. Als ze zelf in beweging komen, interactie aangaan, uitwisselen, nieuwe dingen doen en loslaten ten behoeve van een voor hen relevant vraagstuk, doel of opgave. Een netwerkleider kan dat niet allemaal op zich nemen.
Stap soms over je eigen schaduw heen
“Wat dan wel? Het gaat soms zo traag…”
Twee dingen zou ik zeggen. Als eerst: netwerkleiders zijn zeker nodig. Niet alleen om het netwerk aan te sturen, maar ook om een constructief samenspel vorm te geven. Een samenspel waarin actie én reflectie een plek hebben, perspectieven worden gecombineerd, en mensen elkaar uitdagen om als onderdeel van het geheel mee te doen – en soms over hun eigen schaduw heen te stappen om meters te maken op het vraagstuk. En daar kan iedereen in het netwerk wat in doen.
En twee: het kan helpen als iemand de regie voert op dat samenspel. Die de leden van een netwerk in hun proces faciliteert, ondersteunt en bij de les houdt.
Tijdens onze Leergang Professioneel interveniëren in samenwerkingsverbanden komt de rol van de netwerkleider uitgebreid aan bod. Nikki is één van de hoofddocenten van de leergang.