Search
Close this search box.

5 vragen aan Freek van Berkel

Wij zijn de mensen achter ons bureau? Maak kennis met Freek van Berkel. Freek werkt 4,5 jaar bij Common Eye. Terwijl het vraagstuk heel complex kan zijn, kan de oplossing juist simpel. Creatief denken in oplossingen die voor anderen misschien minder voor de hand liggen; daar ligt de kracht van Freek.

Hij deed promotieonderzoek naar politieke druk op samenwerking bij complexe, grootstedelijke infraprojecten. Dat was zijn kennismaking met de vrij ingewikkelde samenwerking tussen overheid, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Ook in zijn werk als adviseur ziet Freek zichzelf nog altijd wel een beetje als onderzoeker. Hij woont in de Amsterdam Noord, een gebied dat continu in ontwikkeling is. Heel boeiend vindt hij: “Hier komen alle interessante vraagstukken voorbij op het vlak van onder meer infra, woningbouw, energietransitie en mobiliteit.” Precies waar veel van zijn opdrachten ook liggen. 

De lengte van zijn opdrachten varieert van een dag tot een halfjaar. Freek houdt zich graag bezig met de strategische kant van samenwerkingen. “Ik krijg er energie van om samen met opdrachtgevers een samenwerking te ontwerpen en verder te brengen”.

Samenwerken; wat spreekt jou daarin aan?
“Het is mijn overtuiging dat ieder mens kan samenwerken. Ik geloof er niet zo in dat mensen niet kunnen samenwerken. En toch, waarom lukt het welwillende mensen met de beste intenties toch niet om een samenwerking van de grond te krijgen? Precies dat fascineert mij. De systemen en organisaties die wij met z’n allen hebben gecreëerd, maken het ingewikkeld; de verschillende organisaties, de verschillende belangen die soms ver uit elkaar liggen. Het is gaaf als de samenwerking uiteindelijk dan toch slaagt.

Daarnaast hebben we de laatste jaren te maken met een opeenstapeling van maatschappelijke opgaven zoals de stikstofcrisis, woningbouw, klimaatverandering en de energietransitie. Deze vraagstukken kun je alleen realiseren door samen te werken. In deze tijd van schaarste red je het niet meer alleen. Samenwerken is niet alleen wenselijk maar noodzakelijk. De urgentie spreekt me aan.”

Freek van Berkel Common Eye
Freek van Berkel

“Ik ben vrij idealistisch en kritisch. Soms kan ik me afvragen: ben ik blij met de uitkomst of het uiteindelijke resultaat? Is Nederland er iets mee opgeschoten?”

Waar haal jij de meeste voldoening uit in je werk?
“De vraagstukken waarmee wij te maken hebben zijn vaak best ingewikkeld en onoverzichtelijk. Ik haal er voldoening uit om in korte tijd te doorgronden wat er speelt. Waar zit de angel en wat is nodig? Soms is het vraagstuk complex, maar de oplossing simpel. Ik word er blij van als het lukt en als we met elkaar de oplossing kunnen omarmen.  
Ook werk ik graag samen met veel verschillende mensen. Binnen een samenwerking kennen ze elkaar soms goed, soms minder. Regelmatig staat er druk en spanning op een project. Het is een uitdaging om een setting te creëren waarin je je zelf kunt zijn en elkaar de juiste vragen kan stellen om elkaar te begrijpen en verder te komen.“

Heb je wel eens te maken met conflicten in een samenwerking en hoe ga je daarmee om?
“Jazeker! Samenwerken is vaak niet leuk. Soms is er veel gedoe en dan is het hard werken. Mensen komen terecht in situaties die ik niet altijd benijd. Ik vind ook dat als je het alleen kan, doe het dan vooral ook alleen! Mensen onderschatten samenwerken nog wel eens. Het vraagt vaak nogal wat.
Recent heb ik een samenwerking begeleid met een team waarin een aantal mensen niet met elkaar door de deur kon. Het was een langlopend conflict dat al een tijd sudderde. In zo’n situatie kijk ik niet per se altijd als eerste naar de mensen met het grootste conflict, maar meer naar het hele systeem eromheen. Bijvoorbeeld wat er speelt in de omgeving of de organisatie die druk zet op de mensen die er middenin zitten. Aan welke draadjes kan ik trekken? Waar kan ik ingrijpen? De druk op de relatie probeer ik te verlichten. Meestal lukt dat. Ik zeg altijd: de omstandigheid maakt het conflict.
Helaas zijn sommige conflicten erg weerbarstig. Heel af en toe is een samenwerking niet meer levensvatbaar. Een schijnsamenwerking. Je moet soms ook durven te stoppen met de ingeslagen weg.”

Wat vind je het minst leuke aan je werk?
“Van mezelf ben ik vrij idealistisch en daardoor kritisch. Samenwerken is een middel om iets te bereiken. Als door mijn hulp de samenwerking goed loopt, kan ik me vervolgens afvragen: ben ik ook blij met de uitkomst of het uiteindelijke resultaat? Is Nederland er iets mee opgeschoten?
En ik kan energie verliezen aan ‘samenwerkingsbullshit’. Samenwerking is ook iets sociaal wenselijks, je kunt er niets op tegen hebben. Het risico is dat we veel tijd besteden aan de verkeerde dingen. Een voorbeeld hiervan is dat we vaak denken dat een dagje de hei opgaan onze problemen wel oplost. Terwijl dat niet zo hoeft te zijn, het vraagt meer. Ik bedoel: laten we onze tijd besteden aan de goede dingen.”

Waar liggen volgens jou de grootste uitdagingen in samenwerkingen en dus ook in jouw werk?
“Als je kijkt naar alle maatschappelijke opgaven is er veel te doen. Ik zie dat organisaties onder druk staan door schaarste aan mensen, tijd en soms geld. Hoe gaan we dit allemaal met elkaar doen? Op veel plekken zie je dat de druk hoog is. Er moet nog veel gebeuren. En we moeten keuzes maken: welk moment moeten we met wie aan tafel? Niet op je eigen belang blijven zitten. Soms haast maken, maar vaak ook geduld hebben. Je hoort wel, als samenwerkingsadviseur hoeven we ons niet te vervelen.
Een andere uitdaging is dat we beter naar elkaar moeten luisteren. We denken teveel voor de ander. In samenwerkingen komt dit regelmatig voor. Aannames en vastgeroeste denkbeelden zorgen voor verwijdering tussen mensen. Mensen moeten elkaar meer vragen stellen. En dat is misschien wel de kern van ons vak; vragen stellen, goed luisteren en zorgen dat mensen in samenwerkingsverbanden naar elkaar luisteren. Terwijl ik dit goed weet, onderschat ik het zelf ook nog wel eens.”